Toespraak afsluiting 80 jaar vrijheid
Zaterdag 6 december sloot burgemeester Scheepers 80 jaar vrijheid af met onderstaande toespraak.

Dames en heren,
Van harte welkom in het Badhotel in Rockanje. We hebben zojuist bij het monument bij de Tweede Slag zes mannen herdacht die 81 jaar geleden door de Duitse bezetter zijn gefusilleerd. Vorig jaar vormde deze herdenking, samen met de herdenking van Leendert van der Meer en de herdenking in Zwartewaal op 4 december het startpunt van het herdenken en vieren van 80 jaar bevrijding en vrijheid. En vandaag ronden we hier dit bijzondere herdenkingsjaar af.
Een jaar waarin we de oorlog, de oorlogstijd en de oorlogsslachtoffers herdacht hebben en waar we onze bevrijding en onze vrijheid vol overgave hebben herdacht. Met een rondtocht van 80 kilometer in oude legervoertuigen over het eiland. Met een bijzondere editie van Veteranendag en met een geweldige editie van het Bevrijdingsfestival Brielle.
En dan zijn er nog al die andere initiatieven, zoals de andere bevrijdingsfestivals en de opening van de Biberbunker. Dit bijzondere herdenkingsjaar, en dat wordt maar weer eens duidelijk als we bij het monument bij de Tweede Slag zijn, maken voor mij één ding heel duidelijk: het grote verhaal over vrijheid en bevrijding is mooi, maar het komt pas echt binnen wanneer het persoonlijk wordt. En over echte, gewone mensen gaat. Zoals Anton van der Zee. Of Cornelis Langendoen. Of de gebroeders Hoogvliet, die een Britse piloot onderdak boden. Want de grote verhalen over vrijheid zijn belangrijk en indrukwekkend, maar juist die persoonlijke verhalen maken de oorlog niet alleen heel tastbaar, maar laten ook zien hoe het leven zonder vrijheid is. Ik neem u graag mee in drie van deze verhalen.
Allereerst het verhaal van Philip Pocailo. Pocailo was een Canadese vlieger, die in mei 1944 met zijn Lancaster bommenwerper na een bombardement op Duisburg, ter voorbereiding op D-Day, werd neergeschoten en landde in een weiland in Nieuwenhoorn. Via het lokale verzet kwam hij terecht bij het echtpaar Braal in Oostvoorne. Frans en Mies Braal boden in de winter van ’44-’45 maar liefst 26 mensen aan om onder te duiken. Op een dag stond Mies Braal met Pocailo in de keuken toen er opeens een Duitse officier binnen stond, op zoek naar een plek voor een veldhospitaal. Hij vroeg Mies Braal twee dingen: of zij een geschikte plek wist voor het hospitaal én wie haar keukengenoot was. Mies Braal, met een grote tegenwoordigheid van geest, antwoordde gevat: een neef. De officier ging op verkenning en kwam niet lang daarna onverrichter zake terug. Geen goede plek gevonden. Hij bedankte mevrouw Braal en wenste haar veel succes met haar “neef”. De officier had dus heel goed door wat hier aan de hand was. Maar koos er voor Pocailo en het echtpaar Braal niet te verraden. Pocailo overleefde de oorlog en overleed in Ottawa in 2016 op 95 jarige leeftijd.
Het tweede verhaal gaat over een heel gewone jongen uit Oostvoorne, Benjamin Wessels. Ben was tiener en speelde klarinet. En Ben was Joods. In 1942 moest het gezin Wessels al gedwongen uit Oostvoorne vertrekken, eerst naar Amsterdam, later naar Westerbork. En vanaf dat moment schreef Ben brieven naar zijn vriend Johan in Oostvoorne. En uit die brieven spreekt zowel levenslust, wanhoop als heimwee naar Oostvoorne. Hij zou graag zijn klarinet weer hebben om te spelen. En hij vraagt Johan hem ansichtkaarten te sturen van de duinen en de Stationsweg. En hij schrijft over zijn broer Nathan, die hij mist. Nathan leeft dan al niet meer. Benjamin zelf overlijdt in Bergen-Belsen, kort voor de bevrijding.
Het laatste verhaal gaat over een meisje. Een meisje dat haar vader mist. Ze heeft nog regelmatig contact met hem, vindt het fijn hem te spreken. En staat als jong kind helemaal niet stil bij het feit dat haar vader grote risico’s loopt. Haar vader vecht aan het front, maar als kind ben je normaal gesproken niet met sterfelijkheid bezig. Haar vader mist zijn dochtertje enorm. En ik kan me dat intens voorstellen: ik mis mijn kinderen al als ik ze een dag niet heb gezien. Maar haar vader beseft wel dat elk gesprek met haar het laatste kan zijn. Hij is Oekraïens en vecht aan het front.
Deze drie indringende, persoonlijke verhalen raken me niet alleen heel erg, maar maken voor mij ook duidelijk dat de geschiedenis ons een aantal lessen probeert te leren. De eerste maakt duidelijk dat de oorlog niet alleen maar zwart wit is. Natuurlijk, er zijn wel degelijk verhalen waar goed en kwaad heel erg aan de oppervlakte liggen, maar er zijn ook grijstinten. Zoals de Duitse officier die ervoor koos een ondergedoken piloot en zijn helpers niet te verraden. Laten we oog blijven houden voor deze grijstinten.
De tweede les is dat je altijd een keuze hebt. Een keuze om tegen de stroom in toch het goede te doen. En te strijden voor vrijheid en de vrijheid van onze medemens. En dat die keuze ontzettend moeilijk en riskant is. Het echtpaar Braal, Anton van der Zee, Willem de Waal: allemaal hebben ze een keuze gemaakt. Uit liefde voor een zoon of broer. Of uit liefde voor onze vrijheid. Of beide. En met grote risico’s.
De derde les is het meest triest. En dat is de les dat we 80 jaar later niet veel zijn opgeschoten. Wereldwijd neemt het aantal vrije democratieën af en ontstaan steeds meer autocratische regimes. Op het door de Vereniging van Zuid-Hollandse gemeenten en de provincie Zuid-Holland georganiseerde congres twee weken geleden verwoordde de voormalig NCTV, de Nationaal Coördinator Terrorisme en Veiligheid, Pieter-Jaap Aalbersberg dit al treffend: we moeten beseffen dat voor veel landen oorlog tegenwoordig een winnend concept is. In ik realiseer me dat dit een beetje een somber verhaal is. Maar ik ben een optimistisch mens. Dus eindig met boodschap van hoop. Want ondanks dat er steeds meer landen zich van een democratie richting een autocratie bewegen, zijn er ook landen die een tegengestelde koers varen.
Moldavië is daar een heel mooi voorbeeld van. Dit land, dat ver in Oost-Europa ligt en dat Rusland graag binnen zijn eigen levenssfeer zou zien, heeft ondanks misinformatie en enorme druk uit Rusland toch gekozen voor democratie, voor vrijheid en voor Europa. Dus ook hier geldt: je hebt altijd een keuze, hoe moeilijk die keuze ook is. En laten we daarom ook nu die keuze maken uit liefde voor onze vrijheid. Want zijn wij niet de Eerstelingen der vrijheid? Noblesse oblige. Adel verplicht. De geschiedenis heeft een heel bijzondere verantwoordelijkheid op onze schouders gelegd als het om onze vrijheid gaat. En dus gaan we door met het koesteren, onderstrepen en onderhouden van onze vrijheid. Dus we blijven gastlessen geven op scholen, maar gaan ook op zoek naar andere manieren om onze vrijheid te versterken. Zoals het organiseren van een vrijheidsdiner!
Dames en heren, ik rond af. We hebben afgelopen jaar groots gevierd en herdacht. Het is daarom ook van belang ons dit jaar te blijven herinneren. En daarom hebben we een boekje gemaakt. Met negen reflecties van mensen uit onze gemeente die een bijdrage hebben geleverd aan 80 jaar vrijheid. Een boekje met negen mooie en bijzondere verhalen over vrijheid in Voorne aan zee. Ik bied zo het boekje graag aan aan de jongste bijdrager, Amy.
Dank u wel.